Out there, In here

Expo ‘Out There, In Here’: empathie in beeld

Flore Deman brengt een unieke stem in de wereld van illustratie. Met haar menselijke blik en authentieke stijl vat de West-Vlaamse illustrator emoties en maatschappelijke thema’s als geen ander. Getuige daarvan is de prachtige expo ‘Out There, In Here’, die je nog tot 29 januari kan zien in Destelheide.

Je stelt regelmatig werk tentoon, maar tot nog toe altijd in groep. Zo’n eerste solotentoonstelling, hoe voelt dat?

Flore Deman: ‘Dit is inderdaad echt een primeur. De werken die hier te zien zijn, zijn op deze schaal nog nooit getoond. Vaak zien mensen mijn illustraties digitaal, op Instagram of in publicaties, maar groot uitgeprint en tentoongesteld? Dat was nieuw voor mij. Ik ben heel tevreden over hoe het eruitziet. Het was moeilijk om vooraf in te schatten of alles tot zijn recht zou komen. De expohal van Destelheide is een grote ruimte, dus je moet rekening houden met de compositie. Sommige prenten hebben we heel groot gepresenteerd, andere juist klein. Curator Steffi Mareel speelde daar een belangrijke rol in. Zij heeft een objectieve blik en veel ervaring. Waar ik vooral naar de achtergrond en het doel van mijn werk kijk, ziet zij iets nieuws. Dat hielp enorm om een gevarieerde en hopelijk ook verrassende tentoonstelling te maken voor de bezoekers.’

Vanwaar de titel ‘Out There, In Here’?

Flore Deman: ‘'Out There' weerspiegelt een buitenwereld van sociale strijd en een nood naar verbinding, terwijl 'In Here' meer draait rond mijn innerlijke verbeelding en persoonlijke zoektocht. Ik raak actuele thema’s aan zoals mensenrechten, geestelijke gezondheid, klimaatverandering, seksisme en racisme. Maar er is ook werk te zien rond mijn eigen ervaringen met identiteit, moederschap en mentale gezondheid.’

Hoe lang ben je al aan de slag als illustrator?

Flore Deman: ‘Ik werk als illustrator sinds 2014, maar het werd pas echt concreet rond 2018. Toen begon ik opdrachten te krijgen voor kranten en tijdschriften zoals Knack, De Standaard en De Morgen. Tot corona combineerde ik illustreren met een vaste job bij de stad Kortrijk, waar ik evenementen organiseerde rond cultuur. Twee maanden voor de eerste lockdown besloot ik volledig zelfstandig te worden. En vreemd genoeg bleek dat een goed moment. Terwijl veel sectoren stilvielen, ontstond er juist meer vraag naar illustraties omdat fotografen niet aan de slag konden. Het was een geluk bij een ongeluk.’

Tegenwoordig staat AI hoog op de agenda. Hoe voel jij dat als illustrator?

Flore Deman: ‘Heel sterk, zeker in de krantenwereld. Sommige kranten werken voor bepaalde rubrieken nu volledig met AI-beelden omdat dat sneller en goedkoper is. Dat is een duidelijke trend. AI evolueert ook elke dag, dus je moet ermee leren leven. Het is here to stay.’

Hoe ga je er zelf mee om?

Flore Deman: ‘Voor mij is het belangrijk om niet bang te zijn, maar juist te begrijpen wat AI doet. Ik wil weten hoe het werkt, zodat ik het verschil kan maken. AI mist vaak empathie en een menselijke blik. Wanneer je zo’n tool vraagt om een illustratie te maken rond een gevoelig onderwerp zoals endometriose, komen daar vaak koude, onpersoonlijke beelden uit. Mijn werk draait juist om die conceptuele en menselijke laag. AI kan veel, maar dat is een element waarmee ik mezelf kan onderscheiden.’

Werk je zelf digitaal of analoog?

Flore Deman: ‘Ik werk vooral digitaal, op een iPad Pro. Dat is snel en efficiënt, wat belangrijk is voor opdrachten. Maar ik voel wel een behoefte om terug te keren naar het analoge. Houtskool, pastels en potlood brengen iets authentieks dat moeilijk te repliceren is. Veel van mijn vrije werk is tegenwoordig analoog, omdat het me helpt om mijn eigen stempel te drukken. Dat wordt in de toekomst steeds belangrijker, want AI kan inmiddels ook stijlen nabootsen.’

Voel je als illustrator veel druk om te presteren?

Flore Deman: ‘Ja, zeker omdat je als freelancer afhankelijk bent van opdrachten om rond te komen. Soms droom ik ervan om een werkbeurs te krijgen, zodat ik een tijdje vrij kan creëren zonder die financiële druk. Sommige jaren kun je meer commerciële opdrachten doen en bouw je financiële zekerheid op, terwijl je andere jaren vooral passieprojecten maakt, zoals prentenboeken. Daar kun je moeilijk van leven, maar ze dragen wel bij aan je artistieke groei. Ik mag niet klagen, want mijn opdrachten passen bij mijn leefwereld. Ik hoef mijn ziel niet te verkopen. Ik werk bijvoorbeeld niet voor bedrijven die aan greenwashing doen. Als de waarden niet kloppen, zeg ik nee.’

Je gooit momenteel hoge ogen met je prentenboeken waaronder Kamertje Ikke, dat je samen met Femke Vanbelle maakte, en de sprookjesboeken van Elisabeth Lucie Baeten die je illustreert. Hoe kwam je met Elisabeth in contact?

Flore Deman: ‘In 2021 stuurde ze me een bericht via Instagram. Ik volgde haar al een tijdje omdat ik haar humor geweldig vond en hoe ze feministische thema’s zo raak kon verwoorden. Zij kende mijn werk via kinderboeken die ze met haar kinderen las. Dat leidde tot een samenwerking die nu al twee bestsellers heeft opgeleverd. Het is echt gek om te zien hoe hard dat gaat.’

Waar zit volgens jou de kracht van ‘En ze leefden nog (altijd)’?

Flore Deman: ‘In een tijd van polarisatie bieden die moderne sprookjesboeken zachtheid en humor. Ouders laten vaak een traan tijdens het voorlezen, omdat de verhalen zo raak zijn. Het gaat over thema’s als jezelf mogen zijn, peer pressure, grenzen stellen en pleasen. Het zijn herkenbare situaties voor kinderen, maar ook voor ouders.’

Hoe creëer je de illustraties voor die boeken?

Flore Deman: ‘Ik vermijd bewust de klassieke sprookjesbeelden. Bij Rapunzel, bijvoorbeeld, begon ik met een leeg blad. In onze versie is ze een wetenschapster met een donkere huidskleur. Ik doe alles om stereotypen te doorbreken en een inclusieve wereld te tonen.’

Je carrière gaat hard. Tussen 2020 en 2024 werd je werk internationaal negen keer bekroond. Wat zijn je dromen nog voor de toekomst?

Flore Deman: ‘Ik hoop nog lang prentenboeken te kunnen maken, want kinderen als publiek inspireren me enorm. Verder wil ik mijn stijl verdiepen en meer internationaal werken. Nu doe ik opdrachten in België, Nederland en Frankrijk, maar ik zie collega’s die uitbreiden naar Duitsland, het Verenigd Koninkrijk of zelfs Amerika. Tegen mijn 45ste zou het geweldig zijn om bijvoorbeeld voor de New York Times te werken. Meer moet dat niet zijn (lacht).’

De expo ‘Out There, In Here’ is nog tot 29 januari te zien in de expohal van Destelheide. Meer info op www.destelheide.be en www.floredeman.com. Wil je graag met je groep een gratis interactieve rondleiding door de expo? Geef ons een seintje via info@destelheide.be. 

Foto: Sophie Steelandt

Foto's: Toon Debraeckeleer

Deel deze pagina: